waarom-meer-vrouwelijke-perspectieven-in-de-film-en-televisiewereld-zo-hard-nodig-zijn-273228

Toen ik een student was aan de Filmacademie in Amsterdam, kregen we aan het begin van het eerste jaar een lijst met essentiële films die we moesten zien. De lijst bestond voor het grootste deel uit mannelijke regisseurs, zoals Eisenstein, Bergman, Truffaut en Scorsese. Dat het op z’n minst vreemd was dat vrouwelijke perspectieven (oftewel: films met een female gaze) amper aan bod kwamen op de lijst, daar dacht – in mijn herinnering, althans – niemand over na. Ook ik niet. Let wel, dit was in 2006, toen ik vrijwel geen enkele jonge vrouw kende die zichzelf feminist noemde. Feministen, dat waren toch fronsende mannenhaters met dotten shag onder hun oksels? Destijds snapte ik niet zo goed waar zij nou zo boos om waren.

Ik was immers opgegroeid met de Postbus 51-reclame, waarvan de boodschap luidde: “Een slimme meid is op haar toekomst voorbereid”. Wij vrouwen mochten studeren, we mochten werken, we mochten abortus plegen. Net als velen van mijn generatie geloofde ik dat deze verworven rechten betekenden dat de vrouwenemancipatie in Nederland was voltooid. En het laatste wat ik wilde zijn, was een ‘zeikerd, of een ‘boos wijf’. Ik wilde stoer zijn, one of the guys. Iets wat we nu een ‘Pick-me girl’ zouden noemen.

Vrouwen in de Nederlandse filmindustrie

Nu kijk ik daar met enige gêne op terug. Zeker als ik naar de deprimerende cijfers kijk wat betreft de representatie van vrouwen in de Nederlandse filmindustrie. Uit een onderzoek van Vrouwen in Beeld en de Universiteit Utrecht in 2022, kwam naar voren dat mannen met een vertegenwoordiging van bijna 70 procent in leidinggevende functies en hoofd- en bijrollen een dominante positie hebben in de Nederlandse filmindustrie.

Hoewel de onderzoekers een lichte verschuiving naar meer gelijkheid zagen in de periode van tien jaar, zijn vrouwen in de Nederlandse filmindustrie overduidelijk in de minderheid. Dit is niet alleen vreselijk zonde, omdat er heel veel vrouwelijk talent is in Nederland, maar ook schadelijk. De male gaze heeft, zo betoogt Nina Menkes in haar lezing Sex and Power: The Visual Language of Oppression, namelijk invloed op ons onderbewuste; het zorgt ervoor dat we vrouwen gaan zien zoals ze worden afgebeeld.

Dit komt ook naar voren in de documentaire Body Parts, die de evolutie toont van seks op het witte doek vanuit een verwaarloosd perspectief: dat van de vrouw (hierover later meer). De non-binaire regisseur Joey Soloway zegt daarin: “Alle films waarmee ik opgroeide morrelden aan mijn zelfbeeld. Hoe kom je erachter wie je bent en wat je wilt, als je zo vaak bekeken wordt?”

De male en female gaze

Had ik in 2006 maar een college gehad over de term ‘male gaze’. De male gaze is een begrip dat in de jaren zeventig bekendheid kreeg dankzij twee Britse denkers: de filmhistoricus Laura Mulvey, die de term bedacht, en kunsthistoricus John Berger. Kort samengevat betekent de male gaze dat, omdat het overwegend heteromannen zijn die kunst maken voor een mannelijk publiek, de kijker gedwongen wordt om hiernaar te kijken met hun blik. Mulvey betoogt dat de filmindustrie een uitvergroting is van onze patriarchale samenleving. En dus kijken mannen en worden vrouwen bekeken.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

In haar eerder genoemde lezing noemt Menkes hier een aantal voorbeelden van. Zo worden vrouwen vaak warmer belicht dan mannen, wat zij fantasy lighting noemt en waardoor de vrouw afgebeeld wordt als op een foto, klaar om bekeken te worden. We zien vrouwen bovendien zelden zweten of zich intens inspannen. Mannen worden actiever in beeld gebracht, in de auto bijvoorbeeld, onderweg ergens naartoe. Ook zien we vrouwen vaak in stukjes: hun gezicht, een been, terwijl we mannen wel vaak in hun geheel zien. Dit alles versterkt het idee dat mannen actief zijn en vrouwen passief. Dat resulteert – omdat er aan het maken van een film of tv-serie ontzettend veel mensen te pas komen, van producent tot scenarioschrijver en van director of photography tot sounddesigner (die vaak ook weer overwegend heteroman zijn) – in een soort stapeleffect: een mannelijk perspectief op een mannelijk perspectief op een mannelijk perspectief.

Mannelijke perspectieven in de filmwereld

De voorbeelden hiervan uit de filmgeschiedenis zijn legio, van Sin City (Robert Rodriguez, 2005) tot The Wolf of Wall Street (Martin Scorsese, 2013). In beide films zie je het stereotype van de ‘femme fatale’ terugkomen – oftewel: een vrouw die haar schoonheid en seksualiteit gebruikt om de hoofdpersoon de afgrond in te storten. Daarnaast zitten in beide films veel shots waarin een vrouw als object wordt gezien (denk in The Wolf of Wall Street bijvoorbeeld aan de scène waarin het personage van Jonah Hill zich en plein public begint af te trekken op het personage van Margot Robbie). Onlangs was er veel ophef over de televisieserie The Idol (HBO), omdat de gewelddadige seksscènes het ultieme voorbeeld zouden zijn van de male gaze (de vrouwelijke regisseur Amy Seimetz werd in een laat stadium vervangen door Sam Levinson, bekend van de tv-serie Euphoria).

Wat ook interessant is, en de kwestie nog complexer maakt, is dat je helemaal geen man hoeft te zijn om een maker te zijn met een male gaze. The Virgin Suicides (1999) van Sofia Coppola wordt vaak aangehaald als een voorbeeld hiervan. Hierin is een groepje puberjongens geobsedeerd met de zelfmoord van vijf mooie, blonde zussen. De film is geheel verteld vanuit het perspectief van de jongens, die proberen te begrijpen waarom de zussen zichzelf zouden beroven van het leven. Ze waren toch jong en mooi? Ze werden toch begeerd? Wat voor problemen zouden zij nou kunnen hebben? Het interessante hieraan is dat sommige critici vinden dat Coppola de ultieme male gaze-fantasie zou hebben (na)gemaakt, terwijl anderen betogen dat de film juist een subtiel maar scherp commentaar levert op de male gaze – en dat lang voordat dat begrip mainstream werd.

Blote mannen versus blote vrouwen

De male gaze heeft ook invloed op hoe seks wordt afgebeeld in films. Nog alleen wordt in seksscènes vaak de focus gelegd op het mannelijk genot (oftewel: nul voorspel en meteen door naar de missionarishouding), ook zien we nog steeds veel vaker blote borsten op het witte doek dan blote piemels. In de documentaire Body Parts wordt pijnlijk duidelijk dat niet-functioneel vrouwelijk naakt lang als heel vanzelfsprekend werd gezien in de film- en televisiewereld. Niet je bikinitopje willen uittrekken betekende meestal dat je naar je acteercarrière kon fluiten. Gelukkig komt daar nu langzaam verandering in. Zowel actrices als acteurs voelen zich steeds veiliger om hun grenzen aan te geven.

Onlangs zag ik de documentaire Mag ik je aanraken? van actrice en filmmaker Tamar van den Dop. Hierin praat ze met Nederlandse acteurs en actrices over hoe het is om een seksscène te spelen. Wat blijkt? Vaak worden acteurs en actrices min of meer aan hun lot overgelaten door een regisseur die zegt: “Doe maar wat”. Of: “Het moet geiler. Actie!” Onder meer vanwege tijd- en geldgebrek worden seksscènes amper gerepeteerd. Dit zorgt voor veel zenuwen en ongemakkelijkheid bij acteurs. Zo vertelt actrice Georgina Verbaan dat ze een keer een seksscène moest draaien met een acteur die ze pas net had ontmoet. Ga er dan maar staan. In het ergste geval durven acteurs hun grenzen niet aan te geven of worden deze grenzen overschreden.

De rol van een intimiteitscoördinator

Op Amerikaanse en Engelse sets is daarom steeds vaker een intimiteitscoördinator aanwezig. Een intimiteitscoördinator is iemand die intieme scènes begeleidt en choreografeert. Het doel van de intimiteitscoördinator is een heldere structuur bieden rondom scènes met intieme inhoud. Dat houdt bijvoorbeeld in dat acteurs en regisseurs vooraf aan het draaien hun wensen en grenzen bespreken en dat alle intieme scènes apart gerepeteerd worden met een intimiteitscoördinator erbij. Ook vragen intimiteitscoördinators acteurs vaak de ‘body-check’ te doen. Dat is een oefening waarin ze aan elkaar aangeven waar ze wel en niet aangeraakt willen worden.

Als ik Markoesa Hamer spreek, veelgevraagd intimiteitscoördinator en zelf ook actrice, vergelijkt ze haar vak met een brandblusser. “Die moeten er altijd zijn. Je gebruikt hem meestal niet, maar als je hem nodig hebt, is het noodzakelijk dat-ie er is. Mijn collega zei dat een keer tegen mij en dat vond ik een hele goede vergelijking. Acteurs en regisseurs zijn soms nog weleens bang dat we hun autonomie en creatieve vrijheid van ze af komen nemen. Of dat we hele strenge, preutse types zijn die komen controleren of de set wel kuis genoeg is. Ik en mijn collega’s willen juist dat er verhalen verteld blijven worden met intieme scènes. Maar niet meer dat mensen voor het blok worden gezet of niet weten waar ze aan toe zijn.”

Een pleidooi voor de female gaze

Hamer zet zich met haar werk ook in voor het vrouwelijke perspectief. “Ik probeer vaak het vrouwelijk genot erin te fietsen. Bijvoorbeeld met een shot waarin we suggereren dat er, buiten beeld, een hand specifiek naar de clitoris gaat. En dat je dan ook ziet dat de vrouw daarvan geniet. In de Netflix-film Happy Ending, van regisseur Joosje Duk, hebben we bijvoorbeeld gezocht naar verschillende seksscènes vanuit zowel een vrouwelijk als een mannelijk perspectief: er zitten meerdere befscènes in (wat trouwens nog steeds een unicum is) en een trioscène wordt echt verteld vanuit de ervaring van de vrouw en niet alleen als mannenfantasie.”

We kunnen inmiddels wel stellen dat de male gaze een constructie is die voor niemand werkt, vrouwen noch mannen. Want ook veel mannen herkennen zich niet in het heteronormatieve witte mannen perspectief. Zo legt filmhistoricus Linda Williams uit in Body Parts dat mannen in films regelmatig seks hebben om stoer te doen. Tegenover vrouwen worden ze vaak dominant en ongevoelig afgebeeld, of zelfs gewelddadig. Ook dat is een schadelijk, rolbevestigend cliché. Tijd voor een breder scala aan perspectieven dus, zodat iedereen zich straks vertegenwoordigd voelt op het witte doek.