wat-is-het-verschil-tussen-verschillende-wolsoorten-welke-kriebelen-en-wat-is-mulesing-373126
©Launchmetrics/Spotlight

Nu er koude dagen aankomen, is er niks zo fijn als een warme, wollen trui. Alleen: welke wolsoort kies je? De een kriebelt, de ander niet. De ene trui gaat snel pillen, de ander nooit. En sommige wolsoorten lijken überhaupt langer mooi te blijven. Al hangt dat natuurlijk ook af van het item in kwestie. En wat is ‘mulesing’, waarbij schapen zouden worden mishandeld voor mooiere wol? We zetten het op een rij.

Wolsoorten

Soms denken mensen dat alle wol van schapen komt, maar dat is helemaal niet zo. Verschillende wolsoorten komen van verschillende dieren, zoals geiten, konijnen en zelfs runderen. De wol is eigenlijk simpelweg hun ‘haar’, of beter gezegd: hun vacht, die wordt afgeschoren. Van die vezels worden draden gemaakt waarvan bijvoorbeeld truien worden gebreid. Welke wolsoorten jij boven andere verkiest qua esthetiek, is natuurlijk heel persoonlijk. Comfort speelt daarbij een grote rol. Sommige mensen zijn gevoeliger (of zelfs allergisch) voor kriebelende wol dan anderen. Anderen vinden stugge wol juist mooier dan heel zachte soorten. Los van smaak zijn er wel bepaalde karakteristieke, objectieve kenmerken van wolsoorten die we kunnen uitleggen.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Nog een opmerking: wollen truien zijn vaak helemaal niet van 100 procent wol gemaakt. De wolvezels zijn dan vermengd met andere natuurlijke materialen zoals katoen of zijde. Of juist met synthetische materialen. Dat laatste doen producenten vaak om een stof goedkoper te maken, of bijvoorbeeld meer stretch te geven. Dit heeft natuurlijk ook invloed op de eigenschappen van de trui (of broek of rok) in kwestie. Dus hoe hij aanvoelt. Wol vermengt met polyester voelt misschien zachter, maar het kan ook eerder stuk zijn of zweterig aanvoelen, bijvoorbeeld.

Hieronder leggen we daarom de ‘pure’ wolsoorten uit en de eigenschappen die erbij komen kijken. Van welk dier komen ze? Waar in de wereld wordt deze wol gemaakt, of gewonnen? Hoe zacht en sterk is het? Wil je meer weten over de keurmerken waar we over schrijven? Dan is dit een handig artikel om te checken.

Schapenwol

Beginnen we met de meest populaire van de wolsoorten: schapenwol. Hiervoor worden schapen vaak één keer per jaar geschoren, in de lente. Hoe kwalitatief hoogwaardig de wol is, hangt af van de gezondheid van het schaap in kwestie, en dus eigenlijk van de verzorging en voeding. Na het scheren wordt de wol, dus die vezels, gewassen in lauw water. Daarna worden deze gekamd en wordt van de vezels een draad gesponnen. Hiervan kunnen stof en dus kledingstukken worden gebreid. Als de wol van lagere kwaliteit is, wordt hij samengeperst of gevilt en bijvoorbeeld gebruikt voor isolatiedekens.

Omdat de vacht van schapen bestaat uit vezels met een geschubde structuur, zijn de gesponnen draden ook behoorlijk ruw. Dat maakt ze sterk, maar zorgt er ook voor dat schapenwol kan kriebelen op de huid. Om de vezels van schapenwol zit een laagje wolvet, ook wel lanoline genoemd. Deze beschermt de schapen tegen vocht, kou en bacteriën. Dat zorgt er ook voor dat een schapenwollen trui dus lekker warm is. Nadeel is wel dat sommige mensen allergisch zijn voor lanoline. Bij hen zal een schapenwollen trui erg jeuken. (Onderaan dit artikel lees je meer over waarom je wollen truien door lanoline amper moet wassen.)

Kasjmier

Kasjmier komt van kasjmiergeiten uit Kashmir, een regio ten westen van de Himalaya, tussen India, Pakistan en Nepal in. De wol van deze specifieke geit is heel erg zacht en soepel. Wat er wordt gebruikt, is niet de ruwe buitenste vacht, maar de ondervacht. Eigenlijk zijn dit de zachte babyhaartjes van de kasjmiergeit, of althans daar kun je het mee vergelijken. Omdat dit zulke fijne haartjes zijn, zijn ze niet alleen zacht maar ook erg isolerend.

Tegelijkertijd zijn deze vezels erg kwetsbaar. Een 100 procent kasjmierwollen trui pilt dan ook best snel. En dus wordt kasjmierwol voor kledingstukken vaak vermengd met andere (synthetische) materialen, zoals acryl. Dat maakt de stof goedkoper, maar ook zacht en sterker, waardoor je trui minder snel pilt of kapot gaat. Het maakt het kledingstuk dan wel weer minder ademend en je gaat er meer van zweten. Als kasjmierwol wordt vermengd met andere wolsoorten, dan is het vaak merinowol.

Merinowol

Dit lijkt momenteel een van de populairste wolsoorten, maar er zitten wat haken en ogen aan, waarover zo meer. Eerst over die populariteit. Merinowol is geliefd omdat de vezel een zeer fijne structuur heeft, waardoor de wol heel zacht is. Je kunt een (pure) merinowollen trui direct op je huid dragen, zonder dat het kriebelt. Daarnaast heeft de wolsoort ademende kwaliteiten waardoor hij isoleert maar niet zweet én daarom geschikt is voor zowel dunne zomertruitjes als dikke winteritems.

Merinowol komt van merinoschapen. Oorspronkelijk kwamen die voor in Marokko, maar na een kruising met andere rassen werden de schapen verspreid over de hele wereld. De productie van merinowol komt tegenwoordig vooral uit Australië en Nieuw-Zeeland, maar ook uit Zuid-Amerika en Zuid-Afrika. In de rest van de wereld is de merinoschaap schaars. De soorten verschillen per locatie van bouw, vacht en dus wol.

De merinoschaap staat bekend om de extra huidplooien om de nek. Omdat daar meer huid is, geeft het schaap dus echt meer wol. En daar begint het probleem, want door de populariteit van merinowol zijn schapen nu zo gefokt, dat ze nog meer huidplooien hebben. Tussen die plooien kunnen problemen ontstaan, waar een discutabele oplossing voor is gevonden: ‘mulesing’.

Mulesing

Door het fokken kregen merinoschapen extra huidplooien aan hun achterkant. Tussen die plooien, waar vaak ontlasting achterblijft, leggen lucilia cuprina-vliegen hun eitjes. Vooral in Australië, waar zo’n 80 procent van alle merinowol vandaan komt, levert dit grote problemen op. Deze vliegen veroorzaken namelijk een infectie waaraan schapen kunnen overlijden. Om deze pijnlijke dood door ‘flystrike’ te voorkomen, en om de wol ‘schoon’ te houden, bedachten fokkers een oplossing: ze snijden stukken huid weg bij het achterste van het merinoschaap. Daardoor kunnen vliegen zich daar niet meer nestelen. In deze aflevering van Keuringsdienst van Waarde wordt dit uitgebreid en helder uitgelegd.

Optimistisch bekeken voorkomt mulesing een pijnlijke dood en zorgt voor schonere wol. Maar de ingreep zelf is zeer pijnlijk (en bloederig) voor de jonge schapen. En, je kunt stellen, dat mensen door het fokken überhaupt het hele probleem hebben gecreëerd van die huidplooien en dus vliegen. Dat is niet meer terug te draaien, maar wat boeren wel kunnen doen is schapen vaker scheren zodat infecties van de vliegen worden voorkomen. Dit kost boeren wel veel tijd en dus geld.

Toch zijn er wel boeren die dat nu doen, die wol wordt aangegeven op de labels met ‘no mulesing’. Ook kun je kijken of er het keurmerk van bijvoorbeeld de Responsible Wool Standard (RWS) op staat. Alleen, zoals Keuringsdienst van Waarde uitlegt bij monde van RWS-vertegenwoordiger Anna Heaton: “De meeste merken hebben toegezegd om over te stappen op non-mulesed wol, en daar wordt RWS vaak bij geplaatst. Maar dat hoeft niet te betekenen dat alle wol die een merk aankoopt gecertificeerd is.” Omdat de productieketen van kledingstukken vaak nog zo niet-transparant is, is het eigenlijk heel lastig zeker te weten dat een schaap niet met mulesing te maken heeft gehad. Helaas.

Yak

Welke wolsoorten zijn dan een even zacht alternatief, als je hierdoor bent afgeknapt van merinoschapen? Bijvoorbeeld yak. Deze langharige rundersoort komt voor in Centraal-Azië, bij de Himalaya. De grote dieren worden gehouden door speciale boeren in bijvoorbeeld Tibet, Nepal, China en Mongolië. Zij gebruiken het zachte onderhaar van de yak, dus niet de stugge bovenste laag, om van die vezels wol te spinnen. Dit zorgt voor een van de sterkste en meest zachte wolsoorten voor bijvoorbeeld warme truien. Ook mooi als deze ongeverfd zijn, want de yak heeft van nature een mooie bruine of zwarte tint.

Alpacawol

Alpaca’s zijn (berg)lama’s, familie van de kameel. De aandoenlijke dieren komen voor in de Zuid-Amerikaanse Andes, dus in Chili, Bolivia en Peru. Hun wol is heel sterk en warm en er wordt gezegd dat het zelfs de sterkste en warmste is van alle wolsoorten. Het zou zelfs sterker zijn dan schapenwol. Dit komt omdat de alpaca’s in een koud bergklimaat wonen; hun vacht isoleert dus extreem goed. Bovendien is alpacawol even zacht als merinowol, en lichter dan schapenwol. Daardoor kun je ook deze wolsoort goed gebruiken voor zomer- en winterkleding.

Dat komt ook omdat je alpacawol direct op je lichaam kunt dragen, want dit is een van de wolsoorten die niet kriebelt. De vacht van de alpaca bestaat uit gladde vezels, die lijken op haar. Dat zorgt ervoor dat het zacht is. Tegelijkertijd bevat alpacawol geen lanoline, dus wolvet. Hierdoor kunnen mensen met een wolallergie het ook dragen. Alpacawol is ook nog eens qua productieproces behoorlijk duurzaam. De lama’s hebben een lage ecologische voetafdruk: ze eten minder dan schapen, vertrappen de grond niet en produceren geen methaan. Ook worden de dieren voor zover bekend goed behandeld; geen museling hier. Klinkt bijna te goed om waar te zijn. Wat is de catch hier? Geen, maar alpacawol is wel behoorlijk zeldzaam en dus duurder dan de meeste andere wolsoorten.

Mohair

Mohair komt van angorageiten, dus niet van de angorakonijnen waarover je hieronder leest. Deze geiten hebben glanzend, zijde-achtig haar, vooral als ze jong zijn. Het wordt gebruikt voor kledingstukken en winteraccessoires, maar ook in de interieurwereld. De vezels van mohairgeiten worden ook regelmatig vermengd met zijde, waardoor de stof nog kostbaarder wordt.

Dit is wel een van de wolsoorten waar ook commentaar op is trouwens. De jonge geitjes zouden heel hardhandig worden geschoren. Sinds een filmpje van de activistische dierenwelzijnsorganisatie PETA (People for the Ethical Treatment of Animals) in 2018 is er steeds meer ethische kritiek op het gebruik van mohair. Het wordt sindsdien nog maar weinig gebruikte in de modewereld. Al kwam ook daarop weer kritiek omdat boeren ervan de dupe zouden zijn, zoals je leest in dit artikel van One World.

Angorawol

Tot slot nog een wolsoort die je niet vaak meer ziet. Angorawol komt van angorakonijnen. Zij hebben een lange, zachte vacht en worden daarom gefokt. Dat gebeurt niet altijd op een diervriendelijke manier, om het zacht te zeggen. Als de vacht van een angorakonijn te lang wordt, kan het dier zijn lichaamswarmte namelijk niet meer kwijt. Ook worden de dieren, vooral in Azië, hardhandig geschoren of zelfs gestript van hun vacht. In 2013 kwam er (eindelijk) veel kritiek hierop na een gruwelijk filmpje, waarna het gebruik van angorawol bekritiseerd werd. Angorawol is niet officieel verboden in Nederland en in de Europese Unie, maar wordt wel sterk afgeraden. Veel internationale kledingketens gebruiken het ook niet meer.

Wassen van wolsoorten

Dan nog even over het wassen van wolsoorten. Sowieso moet je natuurlijk altijd in de labels kijken van het desbetreffende kledingstuk. Eerst op het label waarin de bestanddelen zitten. Als je weet van welke materialen je wollen trui gemaakt is, weet je ook hoe je het item moet behandelen.

Zoals eerder gezegd bevatten wolsoorten van schapen lanoline, dus wolvet. Deze zit om de vezels van de vacht van schapen. Dit geldt dan voor bijvoorbeeld schapenwol en merinowol. Kasjmier, alpacawol en yak bevatten geen lanoline. Goed nieuws als je er allergisch voor bent. Maar lanoline dient bij de schapen wel een beschermende functie, en zorgt dus ook voor items van deze wolsoorten voor een beschermende laag. De lanoline maakt ze zacht, sterk én vuil- en waterafstotend.

Als je deze schapenwollen items wast met regulier wasmiddel of wasverzachter, of te heet wast, maak je de lanoline kapot. En dus moet je deze kledingstukken koud (of lauw) wassen met een speciaal wolwasmiddel. Gooi het item ook niet in de droger, maar laat het plat drogen aan de lucht. Of beter nog: was het helemaal niet maar hang je schapenwollen trui even uit, of verwijder alleen de vlek. Hier lees je tips over het verwijderen van verschillende soorten vlekken.