op-bezoek-in-de-magische-bubbel-van-joyce-en-dax-roll-op-de-veluwe-246214
©Paul Bellaart, Vogue Living

De pilatesjuf komt aan huis, de buurtsuper bezorgt de boodschappen, de vrienden die mogen langskomen zijn op één hand te tellen. Alleen nog voor hun werk, zoals het complete redesign van het iconische Hotel De L’Europe in Amsterdam, verlaten interieurontwerpers Joyce en Dax Roll – samen studio Nicemakers – hun jarenvijftigbungalow op de Veluwe. In deze magische bubbel midden in het bos hervinden ze zichzelf. En dat was hard nodig.

VL18 Nicemakers15
©Paul Bellaart, Vogue Living

Magische bubbel in de bossen van de Veluwe 

Zelfs het paradijs went. Daarom pakken interieurontwerpers Joyce (34) en Dax Roll (35) soms even de auto voor een ritje om daarna het gevoel van thuiskomen weer te ervaren. Om met frisse ogen de plek te zien waar ze hun ziel en zaligheid in hebben gestopt, de plek die terwijl het coronavirus over de wereld raasde hun perfect hideaway was.

Voor dat ommetje pakken ze trouwens niet zomaar een auto, maar een klassieke BMW Cabrio – je hebt een kien oog voor schoonheid of niet – en het is niet simpelweg thuiskomen, maar belanden in hun zelfgecreëerde paradijs: een volledig verbouwde jarenvijftigbungalow in de bossen van de Veluwe. Onttrokken aan het oog van de wereld door een idyllische heidetuin en torenhoge naaldbomen. Precies wat ze zochten.

“De navigatie stuurt je de verkeerde kant op: naar links, maar je moet juist naar rechts. Daar staat een zwarte brievenbus en een houten hek. Daar moet je aanbellen”, had Dax eerder geschreven. De elektrische poort zwaait open, een onverharde weg baant zich door de dichte bomen tot we ineens op een open plek in het bos stuiten.

VL18 Nicemakers17
©Paul Bellaart, Vogue Living
VL18 Nicemakers7
©Paul Bellaart, Vogue Living

Verstilling

Blootsvoets staat Dax voor de deur te wachten. Binnen ruikt het heerlijk houtig – ‘wierook’ – op de achtergrond klinkt zachte jazzy muziek, de gemberkurkumathee staat klaar. Het plaatje is compleet – precies waar Nicemakers om bekendstaat. De spanning van de grote stad en een rit in een iets te kleine auto trekt meteen uit onze schouders. De mensheid valt simpelweg in tweeën delen: strandliefhebbers en mensen die van het bos houden. Joyce behoort tot de laatste categorie.

Dax: “Joyce houdt niet van wind: daar wordt ze onrustig van. Dus het werd geen kust of weiland, maar bos en heide. We hebben heel bewust gezocht.” Joyce: “Wind is in mijn beleving altijd zeer aanwezig. Op dagen dat er geen wind staat ben ik meer relaxed. Hier in het bos geniet ik van de stilte en de vogels. Mijn energie gaat er lekker op.”

Dax gaat voor het enorme panoramaraam staan. Het uitzicht is zo betoverend dat het gesprek even stokt. Het zon- licht dat tussen de regenwolken door over de planten en bomen strijkt, het geluid van de vogels dat tot binnen doordringt: dit is een plek die je ziel raakt, die uitlokt tot verstilling, een dag niet praten. Joyce: “Dat gebeurt weleens.” Dax: “Of het nou regent of de zon schijnt: dit grijpt ons elke keer weer. Nu staan we binnen, maar als je midden in de tuin staat, op deze open plek in het bos, krijg je dit gevoel.” Hij ademt diep uit. “Snap je? Hier gaat het over.”

VL18 Nicemakers3
©Paul Bellaart, Vogue Living

Tomeloze werkdrift

Als het leven een plaatje was, dan zou het leven van Joyce en Dax – jong, knap, succesvol – het perfecte plaatje zijn. Gezegend met een geraffineerd gevoel voor esthetiek, tomeloze werkdrift en uitstekende neus voor fraaie vintage designstukken wisten de twee met hun interieurstudio Nicemakers een indrukwekkend portfolio op te bouwen. Van hoofdstedelijke horeca en hotels als restaurant Jacobsz, Carter, The Hoxton en de bars van saladebarketen Sla tot particuliere woonhuizen.

Ze begonnen tijdens de vorige crisis, negen jaar geleden. Joyce: “Er was nul geld, dus we struinden Marktplaats af en vonden de vetste dingen. Mensen hadden destijds geen idee wat ze verkochten. We huurden een bus, reden een rondje Nederland en kwamen met de mooiste schatten thuis.” Het wereldwijde publiek maakte kennis met hun werk toen een door hen ontworpen loft in Maastricht gefeatured werd in de Netflixserie Amazing Interiors (serie 1, aflevering 4, je mond valt open) en bezoek kreeg van God zelf: Ivo Niehe.

VL18 Nicemakers13
©Paul Bellaart, Vogue Living
VL18 Nicemakers
©Paul Bellaart, Vogue Living

Hun recentste wapenfeit is het complete redesign van het iconische Hotel De L’Europe in Amsterdam. Fase één is net voltooid. Alle openbare ruimtes op de begane grond, van de lobby tot sterrenrestaurant Bord’Eau tot bookshop Mendo, kregen de Nicemakers-touch. Wat die touch is? Joyce: “Die ligt niet vast. Het gaat ons om de historie van een plek. Daar sluiten wij met onze interieurontwerpen op aan en borduren we op voort. Iets in mij hangt aan de vormgeving van vroeger, de jaren vijftig, zestig, zeventig; Dax put ook inspiratie uit moderne architectuur. We kijken met dezelfde ogen. Als we voor het eerst in een ruimte staan zien we hetzelfde: de grote lijnen, de sfeer, de energie die er hangt. Vaak zien we ook meteen de uiteindelijke setting: hoe de mensen aan de bar zitten, de muziek die er klinkt.”

Die unieke blik leidde tot een bomvol orderboek. Was dat het plan? Nee, dat was het niet. Het plan negen jaar geleden was namelijk ‘mooie dingen maken’, vandaar de naam Nicemakers. Samen, klein, gezellig – een woord dat vaker valt tijdens het gesprek. Bovendien is het leven geen perfect plaatje. Het is keuzes maken, jezelf niet verliezen en nee leren zeggen – to put the no in Nicemakers. Voor Joyce en Dax was het een intensief proces. Joyce: “Ontzettend dankbaar zijn we, voor alles, maar het plaatje heeft ook een keerzijde.”

VL18 Nicemakers12
©Paul Bellaart, Vogue Living
VL18 Nicemakers8
©Paul Bellaart, Vogue Living

Havermoutpap in bad

Joyce komt uit een gezin van topsporters. Haar opa Han Urbanus, vader Charles en broer Nick vormen samen de bekendste honkbalfamilie van Nederland. “Daar komt mijn doorzettingsvermogen vandaan. Als wij iets willen bereiken, dan bijten we ons erin vast. Door hen weet ik dat je een hoger niveau bereikt door jezelf te trainen, door ergens tijd en energie in te steken. Dat kreeg ik van huis uit mee.”

Zelf heeft ze nooit gehonkbald. “Eh. Bij vrouwen heet het softbal, te erg voor woorden eigenlijk. Vroeger heb ik ontzettend veel gesport: gedanst, gebasketbald, gezwommen, maar tegen honkbal verzette ik me. Ik was een kind dat eindeloos tekende en knutselde. Ik maakte plannen voor mijn kamer die ik helemaal uitwerkte en dan aan mijn moeder presenteerde: ‘Kijk mam, zo wil ik het.’ En dan gingen we net zo lang zoeken tot we vonden wat ik voor ogen had. Zij is degene die mijn creativiteit enorm heeft gestimuleerd.”

VL18 Nicemakers11
©Paul Bellaart, Vogue Living

Dax is enig kind. “Mijn moeder wilde niets liever dan een kind, dat was haar grote droom. Ze was 22 toen ze mij kreeg. Daar heeft ze mijn vader voor uitgekozen. Na een aantal jaar zijn ze niet met elkaar verdergegaan. Ze vroeg me weleens of ik niet nog een broertje of zusje wilde, maar dat hoefde voor mij niet. We hadden het fantastisch samen. We beleefden de grootste avonturen; brandweer spelen en in de bosjes brand blussen. Om aan te geven hoe groot haar fantasie was, want veel geld was er niet.

Ze maakte van alles een feestje. ’s Ochtends in bad havermoutpap eten, dat was betaalbaar, maar dan wel met gekleurde muisjes erop die door de warmte smolten zodat het één groot kleurenfestijn werd. Twee keer per jaar gaf ze de huiskamer een compleet andere kleur, in de zomer en winter. Als op zaterdagochtend de klassieke muziek keihard aanstond, wist ik hoe laat het was: dan stond ze op een ladder de kamer te verven. Mijn kamer heeft ook alle kleuren gehad, van knalgeel tot ossenbloedrood met donkergrijs. Dat mocht ik zelf doen. Van haar heb ik leren kijken.”

Zo’n leuke zoon

Het was ook Dax’ moeder die voor matchmaker speelde, hoewel die dat tot op de dag van vandaag ontkent. Ze bezocht de sportschool waar Joyce tijdens haar studie werkte en tussen de twee vrouwen ontstond een vriendschap. Tegen Joyce zei ze weleens dat ze ‘toch zo’n leuke zoon had’ en tegen Dax dat ze ‘zo’n leuk meisje kende’. Daar bleef het bij, tot Joyce een burn-out kreeg en haar toenmalige relatie strandde. Dax’ moeder regelde een Help-Joyce-de-winter- door-wandeling en nodigde prompt haar eigen zoon uit.

Joyce: “Of het liefde op het eerste gezicht was weet ik niet. Wel voelde het meteen warm en vertrouwd. Heel veilig.” Dax: “Het was gewoon gezellig. Ik kende haar situatie, dus ik ging voorzichtig met haar om. Ik dacht niet dat zo’n vrouw – bijzonder, mooi, lief – voor mij zou gaan.” Joyce: “We hadden meteen een connectie. De weken erna waren we vrijwel continu bij elkaar.”

Nooit meer iets missen van Vogue.nl? Meld je nu aan voor de nieuwsbrief en ontvang het laatste fashion- en beautynieuws.

Tot Dax haar uitnodigde voor een weekendje Parijs en Joyce dacht: dit gaat niet samen. “Ik had nog shit op te lossen. Ik moest nog even heel veel huilen, besefte ik. Maar dat heb ik niet goed naar Dax gecommuniceerd. Toen ik hem zijn iPod met mooie muziek teruggaf, gewoon, omdat hij die had laten liggen, dacht hij dat ik het uitmaakte. Twee maanden lang heb ik mezelf fucking ellendig gevoeld. Tijdens mijn burn-out voelde ik niks meer, geen vertrouwen, geen verlangen. Maar langzaam kwam ik weer boven water. Ik wilde stoppen met mezelf analyseren, ik wilde léven. Toen heb ik Dax geappt: Parijs, hoe staat het ermee? ‘Ik ga sowieso’, reageerde hij casual. ‘Als je nog zin hebt om mee te gaan …'”

Meer was niet nodig. In een mum van tijd woonden ze samen. Joyce: “We zijn niet meer bij elkaar weggegaan. Als het dan meteen weer zo goed voelt als in de twee maanden ervoor, denk je niet meer na of het allemaal te snel gaat.”

Huilend op de scooter

Twee jaar later startten ze Nicemakers. Dax: “Toen is de achtbaan begonnen.” Joyce: “Elke keer als we een nieuw project hadden binnengehaald gingen we samen uit eten om het te vieren. Wat we verdienden ging op aan eten en reizen. Van het werk kregen we mega-energie, maar het was ook heftig. Zo veel en intens. We waren ergens ingesprongen in de overtuiging dat we gewoon mooie dingen gingen maken. Nooit hadden we kunnen bedenken dat het een compleet bedrijf zou worden. Dat je op vakantie nog steeds dagenlang mail aan het beantwoorden bent. Ineens besef je dat je niet meer in control bent.”

De twee leerden bijsturen, namen mensen aan, maar de druk bleef. Joyce: “Als je voelt dat je rust nodig hebt en die niet kunt vinden, is dat heel confronterend. Is dit het waard, vroegen we ons af.” Het grijpt haar weer aan. “We hadden nooit tegelijk dat gevoel. Als de een erdoorheen zat, kon de ander diegene eruit trekken. Ik weet nog dat ik een keer bij Dax achter op de scooter zat, op weg naar kantoor. Zijn lichaam voelde ik schokken en vroeg wat er was. ‘Ik weet het niet, ik moet gewoon huilen’, zei hij. Dan hoor je een stem in je achterhoofd: is dit wel goed voor hem? Is dit gezond? En dat gold natuurlijk ook voor mij. Je kunt wel businesspartners zijn, maar onze relatie gaat altijd voor. Onze liefde is belangrijker.”

VL18 Nicemakers6
©Paul Bellaart, Vogue Living

Cocon

Dax: “Toen hebben we serieuze gesprekken gevoerd: als we zo doorgaan, dan blijft dit ons leven. Willen we dat?” Joyce: “Uiteindelijk zijn we uit de molen gestapt van almaar groter, beter, meer. Van de ene baan naar de andere, geld verdienen, huis kopen, kinderen krijgen – je bent snel geneigd mee te gaan in die ratrace. We zijn kritisch naar onszelf gaan kijken: wat willen we nou werkelijk? Door mijn burn-out heb ik geleerd naar mijn gevoel te luisteren. Op het moment dat je vrede sluit met je intuïtie en daarnaar durft te handelen, gaat er een wereld voor je open.”

Een weekje weg in een huisje boven op een berg op Ibiza zorgde voor nog meer inzicht. Joyce: “De eerste keer moesten we enorm afkicken van het werk. Lagen we op bed met hartkloppingen en de adem in onze keel – lekker ontspannen joh. Maar intussen ging in Amsterdam het werk door, en het ging allemaal goed. Dat was een epiphany.”

Dax: “Daar hebben we leren opladen. Sindsdien huren we dat huisje regelmatig. Halen we op de eerste dag boodschappen en komen daarna het terrein amper af. Koelkast vol, lekker zelf koken, ’s ochtends hardlopen naar zee, een duik maken en weer terug – lezen en slapen.”

Ze besloten ook in Nederland te zoeken naar zo’n cocon voor zichzelf. Dax: “We wilden een verandering in ons leven, in ons ritme. Een plek om ons vaker te kunnen opladen. Op rijafstand, niet met het vliegtuig, zodat je er op elk moment naartoe kunt en geen weekendtas hoeft te pakken. Kleding, tandenborstel: alles moet er al zijn.”

Joyce: “We zijn in de auto gestapt en gaan timen wanneer we eruit wilden. Dat bleek na vijf kwartier te zijn. Zo konden we om Amsterdam een cirkel trekken waarbinnen we zijn gaan zoeken.” Toen ze los van elkaar allebei op Funda dit huis opgeslagen bleken te hebben – weer datzelfde oog – zijn ze er de volgende dag meteen naartoe gereden. Dax: “Stiekem, want de makelaar had geen tijd. Het terrein was nog niet omheind, we konden zo het pad oprijden – holy shit, wat is dit, dachten we. We werden er allebei stil van.”

VL18 Nicemakers14
©Paul Bellaart, Vogue Living

 

Niet zozeer van het huis uit 1952, dat oogde als een ‘oudemensenbungalow’, als wel van de magische open plek in het bos. “Later hoorden we dat de vorige eigenaren hier 35 jaar hebben gewoond. Zij hebben de tuin plantje voor plantje aangelegd.” De inmiddels volwassen heide sprak meteen tot hun gevoel voor esthetiek. Dax: “Het heeft een bepaalde sleetsheid die wij mooi vinden. Die grijspaarse kleur, een beetje verwassen. Binnen stonden orchideeën voor de ramen, pantoffels bij de deur, koffiekopjes op het aanrecht … Alsof de bewoners even boodschappen waren doen. Achteraf bleek dat het al een jaar leegstond.”

Slapen in de garage

Zoals het interieurontwerpers betaamt, konden ze daar dwars doorheen kijken. Bovendien was er ruimte voor een bad en open haard – ‘dat stond bovenaan ons lijstje’ – en een licht museale uitstraling. Joyce: “Een beetje à la het Kröller-Müller Museum, waar we graag komen. We zagen onmiddellijk potentie.” De plannen waren groot, de ambities ook: juni 2018 kochten ze de woning, in feite een rechthoekige ‘schoenendoos’ van 8 bij 25 meter, met kerst wilden ze erin. Joyce: “De enige periode in het jaar dat het kantoor dicht is. Het enige wat we dan wilden was voor de haard liggen, koken en in bad.”

Het hele huis werd gestript, enorme glaspuien geplaatst en alle overbodige deuren en tussenmuren verdwenen. Dax: “We zijn hier maar met z’n tweeën; we vinden het fijn om met elkaar in contact te staan.” Terwijl van het huis weinig meer overbleef dan vier muren en een dak, sliepen ze tijdelijk in de garage, die onlangs gesloopt is. Joyce: “We wilden zo graag hier zijn. De plek ervaren: waar de zon opkomt, waar je de meeste tijd spendeert. Binnen waren slechts nog een douche en wc. Daar douchten we ’s avonds, in die kale, lege ruimte, en dan sprongen we in bed in de garage, waar we een berberkleed hadden neergelegd en een klamboe hadden opgehangen. Een supertoffe tijd was het, dolblij waren we.”

VL18 Nicemakers4
©Paul Bellaart, Vogue Living
VL18 Nicemakers10
©Paul Bellaart, Vogue Living

Tot de vloer en boer roet in het eten gooide. Dax: “Twee weken voor kerst hoorde ik dat de eikenhouten vloer niet op tijd zou komen. En dat had een domino-effect op het plaatsen van de keuken, het ophangen van de gordijnen, het beplanten van de binnentuin, álles. Toen ik Joyce belde met het slechte nieuws en opperde dat we dan maar naar Bali moesten gaan, begon ze heel hard te huilen: ‘Ik wil niet naar Bali, ik wil een boek lezen op de bank!’ Toen besloten de twee hun oorspronkelijke plan toch door te zetten: met kerst erin. Dax: “We hebben de keuken op blokjes laten plaatsen, alle kleden die we hadden op de bouwvloer gelegd, de bank laten komen … Hup, alles erin.” Joyce: “We waren de gelukkigste mensen op aarde, en toen ging het ook nog sneeuwen. De beste kerst ever.”

Daarna moest alles er weer uit, behalve de gordijnen. “Die hebben we opgebonden met zakken eromheen, en werd de vloer alsnog gelegd.”

Just married!

Inmiddels liggen er meer mooie herinneringen in de bosbungalow. Zoals die van 21 december 2019, de dag voor Joyces verjaardag, toen ze onaangekondigd trouwden met een handjevol familie erbij. Joyce: “We hadden alles in het geheim georganiseerd; daar hebben we zo’n lol om gehad.”

Dax: “Die zaterdag hadden we onze familie, onder wie Joyces 89-jarige omaatje, uitgenodigd voor een intieme pre- kerst- en verjaardagslunch. ‘Kleed je wel een beetje feestelijk aan’, hadden we gezegd, ‘glitters mogen.’ Toen iedereen gearriveerd was, riepen we: ‘Trek je jas maar weer aan, want wij gaan trouwen, nu, hier om de hoek!'” Joyce: “Je had die gezichten moeten zien.” Dax: “Na de ceremonie hebben we hier met z’n allen geluncht. Het was voor het eerst dat we hier zo’n groot gezelschap hadden. Een dag later hebben we kaarten met een foto van de kus op de post naar onze vrienden gedaan en zijn we naar Bali vertrokken.”

Het eerste wat ze doen als ze hier aankomen, is hun schoenen uit. Grote trui aan, kaarsen en muziek aan, en verder ‘vooral zo weinig mogelijk’. Joyce: “Meestal ga ik meteen naar buiten en borrelen we in de avondzon. Dax: “In het begin legden we onze telefoon in een la. Die misten we totaal niet, lag het ding het hele weekend daar. Het eerste jaar hebben we ons hier volledig teruggetrokken. We wilden hier niemand ontvangen, moesten op adem komen van acht jaar Nicemakers. Een adempauze van een jaar lang. Pas nu nodigen we mensen uit en willen we het huis delen. Hoewel we nog steeds kieskeurig zijn in wie we uitnodigen.”

VL18 Nicemakers9
©Paul Bellaart, Vogue Living

‘Leren niksen’ 

Joyce: “Vrienden blijven nu slapen; dan ben je ook echt samen. Spelen we vijf uur achter elkaar Rummikub, heerlijke avonden zijn dat.” En dan om tien uur naar bed en om zes uur op. Dax althans, want Joyce heeft meer tijd nodig. “Mijn bioritme loopt een uurtje achter op dat van hem. Dax staat aan zodra hij zijn ogen opendoet. Zijn moeder ook. Als ze hier samen zijn, heb ik ’s ochtends vroeg soms twee van die energiebommetjes om me heen. Dan ben ik opgelucht als ze gaan wandelen, haha.”

Dax: “Ik kan hier de hele dag bezig zijn met het opruimen van het bos. Die kant kende ik niet van mezelf. Heerlijk mijn hoofd leegmaken.” Joyce: “Ik stap met mijn slaperige hoofd meteen naar buiten, dat geeft een enorm gevoel van vrijheid. Het lijkt alsof hier meer zuurstof in de lucht zit, waardoor dingen die in Amsterdam heftig en ingewikkeld leken in een ander perspectief komen te staan en daardoor minder zwaar voelen. De levendigheid en energie van Amsterdam houdt ons scherp en gefocust, maar hier hoeven we niks te doen, ook niet aan onszelf. Daarom is er maar één spiegel in huis. Hier hebben we leren niksen.”

Trrring. De bel van het hek verstoort abrupt het gesprek. Het blijkt Henriët, de pilatesjuf. “O shit, hebben we zó lang zitten praten? Helemaal vergeten, we hebben les nu. Sorry!” Zo gaat dat in het paradijs. Uiteindelijk word je eruit gegooid.

Productie en styling: Valerie van der Werff