Eline Cordie is freelancejournalist en scenarioschrijver. Momenteel werkt ze aan meerdere projecten, waaronder een tv-serie en een speelfilm. Ze woont in Amsterdam-Noord met haar gezin. Voor Vogue.nl ontleedt ze verschillende media. Dit keer duikt ze in de wereld van vrouwelijke hiphopartiesten.
Vrouwelijke hiphopartiesten succesvoller dan ooit
Mijn liefde voor hiphop begon in 1997, met het album Supa Dupa Fly van Missy Elliott. Ik was twaalf en met een vriendinnetje luisterde ik elke grote pauze naar muziek met ieder een oortje in, verscholen in een hoek van het schoolplein. De buitenaardse beats van producer Timbaland, de creatieve en uitgesproken raps van Eliott. Dat album, met bijdragen van onder anderen Lil’ Kim, Da Brat en Aaliyah, was een ode aan de kracht van vrouwen en een pleidooi voor (seksuele) vrijheid. Haar muziek gaf me het gevoel dat ik mezelf en mijn alledaagse leven kon ontstijgen.
Elliott zelf leek schijt te hebben aan de hele wereld. Ze was grofgebekt, open over haar seksualiteit en body positive, lang voordat dat een beweging werd. En ze gebruikte als geen ander beeldtaal om haar muziek kracht bij te zetten. Als je een hele generatie aan de buis gekluisterd kunt houden met een opgeblazen vuilniszak en een gouden fietshelm, weet je dat je een ongekend cultureel fenomeen bent. Een jaar later kwam er nog een revolutionair album uit van een vrouwelijke hiphopartiest: The Miseducation of Lauryn Hill, het eerste hiphopalbum om de Grammy te winnen voor Album van het Jaar (naast nog vier andere Grammy’s).
Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.
Waar Missy Elliott al flink wat barrières had doorbroken ging Lauryn Hill nog verder qua flow, muzikaliteit en de kwetsbaarheid in haar songteksten. Beide cd’s draaide ik tot er krassen op kwamen, omdat ik m’n discman (LOL) zo vaak had teruggespoeld.
Onbekend, maar van grote waarde
De documentairereeks Ladies First: A Story of Women in Hiphop (nu te zien op Netflix) van regisseur Hannah Beachler is niet alleen een eerbetoon aan de vrouwelijke grondleggers van de hiphop, zoals Missy Elliott en Lauryn Hill, maar ook een aanklacht tegen het seksisme waar zij en andere vrouwelijke hiphopartiesten dagelijks mee te maken kregen, en jammer genoeg nog steeds krijgen. Daar horen ook veel namen uit het verleden bij waarvan de meeste mensen nog nooit hebben gehoord, maar die desondanks van grote waarde waren binnen de door mannen gedomineerde hiphopcultuur.
Zo was er de New Yorkse Lolita Shante Gooden oftewel Roxanne Shante. Zij schreef in 1984 als 14-jarig (!) meisje een van de eerste diss-tracks in de hiphopgeschiedenis met het nummer Roxanne’s Revenge, een reactie op het nummer Roxanne, Roxanne van hiphopcrew U.T.F.O, over een zogenaamd ‘verwaand’ meisje genaamd Roxanne die de versiertrucs van de rappers afwijst (‘If I was grand, I’d bang Roxanne’). In het nummer kruipt Shante in de huid van Roxanne en bijt van zich af: ‘Yeah, you’re tryin’ to be in search of a Roxanne. But lemme let ya know – you’re not a real man.’
Daar wordt vervolgens weer behoorlijk flauw op gereageerd door andere mannelijke hiphopartiesten, zoals de rapper KRS-One. ‘Roxanne Shante is only good for steady fuckin’, rapt hij in het nummer The Bridge is Over, ondanks dat Shante op dat moment nog maar 15 is. The Bridge is Over werd een grote lokale hit in New York en iedereen rapte de songtekst mee, zelfs vrouwen. “Feminisme was toen nog niet zo actief als nu, op straat, op sociale media of waar dan ook. We hadden toen nog niet de woorden om dat seksisme te omschrijven”, zegt hiphopjournalist Kierna Mayo daarover.