Een trui als de zon schijnt, daar kijken ze in Scandinavië niet van op. De bijzonderheid voor de lente/zomer van 2024 is de lengte: bij meerdere shows kwamen de knits tot de grond. Ziedaar, de vloertrui. We spotten ‘m in gebreide varianten met strepen en ornamenten, grof gehaakt en met off-shouldermouw zoals bij knitwearfavoriet Ilag. De vloertrui is de perfecte opvolger van de full fishnet, en bovendien gemaakt van natuurlijke materialen. De meeste ontwerpers kozen voor een bodycon fit die losjes om het lichaam heen valt. Ondergoed is optioneel – en dat geldt ook voor de doorschijnende exemplaren. Het hele lichaam mag gezien worden.

Ingetogen romantiek

Een vleugje romantiek hoort bij de zomer, en daar willen Noorse designers het graag over hebben. Je zou kunnen zeggen dat het over zelfliefde gaat. Bij meerdere shows zien we gelaagde, puffy ensembles van knisperende witte stoffen. En minimalistische rozetten en linten dragen ook bij aan de romantische sfeer. Bijvoorbeeld bij de show van Atelier Hinode, in een beeldige balzaal met operamuziek, die liefde omvat als het dromerige gevoel van de opkomende zon. Dat idee dat je opnieuw mag beginnen en dat alles mogelijk is, vertaalt zich in dromerige jurken die doen denken aan slagroomsoezen. Elk design van het piepjonge merk kan op meerdere manieren worden gedragen: bolvormige minirokken zijn evengoed tops en alle shirts zijn omkeerbaar. Pearl Octopuss.y gaat voor iets meer grunge met sportieve uitvoeringen in volumineuze, transparante stoffen.

Ultralaag

Down to earth is al een tijdje in de mode, maar het laagste punt was blijkbaar nog niet bereikt. Tijdens Oslo Runway zakken rokken en broeken tot onder het heupbot en dat levert interessant designs op. Zo piept een G-string boven de cargo van Envelope1976 uit – à la Tom Ford voor Gucci in 1997. Juhanna Lundell maakt haar ultralage rokken draagbaar door ze te stylen met kanten panty’s in dezelfde kleur. Zo lijkt het alsof de twee onderdelen bij elkaar horen. Laten we dit advies voor het gemak en om duurzaamheidsredenen ter harte nemen: een rok is per definitie nooit te kort. Het hangt er maar net vanaf hoe je ‘m draagt.

Boezem als statement

De feministische boodschap op Oslo Runway luidt: laat je boezem zien. En dat mag je heel letterlijk nemen. Onder de meeste open vesten, blazers en blouses dragen de modellen niets. De iets meer ingetogen variant heeft één (dus geen twee) gesloten knoop. Als je het kiekeboe-effect van onderaf wil hebben, kun je inspiratie halen uit de show van Woodling. Daar spotten we meermaals grote kragen als ’top’ op bloezende pantalons. Bij Pearl Octopuss.y – een van de hotste Noorse merken van dit moment – zijn alleen de contouren van de borst zichtbaar en dragen de modellen kleine ronde bh’s met kralen. Zo kun je óók een statement maken.

Zomerknits met een twist

Dat ze in Scandinavië weten hoe ze wol moeten dragen, is geen verrassing. Maar het is wel een kunst om het spannend te houden. Toch lukt het de Noorse designers weer. Zo presenteert ESP op een bloemig tuindak iconische blanketcoats gemaakt van Noors lamswol uit hun eigen fabriek in Noorwegen. Dat is knap werk, want zoals in Nederland zijn lokale schapenvachten van nature te grof voor zachte mode. De patchworksweaters van 2 Much Pressure zijn zo wild dat je met wat overgebleven wolbollen een acceptabele kopie zou kunnen DIY’en. Je kunt volgende zomer ook creatief aan de slag met knooptechnieken, en hoe je dat doet, kijk je zo af van de catwalk. Bij Woodling dragen modellen bijvoorbeeld truien dubbel: één exemplaar als top en één als rok. En jurken worden getopt met decoratieve truien in dezelfde print. Ingrid Pettersson wint tijdens de modeweek zelfs een prijs voor haar complexe idee: een gebreide jurk met V-hals, cut-outs en zwierende stroken die op afstand nét mouwen lijken.

Meer mode uit Scandinavië? Check hier de vijf grootste trends van Copenhagen Fashion Week.