Pernille Teisbaek moet zichzelf af en toe knijpen om te beseffen dat ze echt in het huis van haar dromen leeft. De Deense stylist en creative consultant woont in een pracht van een pand in Kopenhagen. Romantische stucco clasht er met industrieel staal en iconische De Sede-banken. Daar ging een grondige verbouwing aan vooraf. Zwanger van nummer drie werd het een “interesting wild ride” en een les in geduld.
Het huis van Pernille Teisbaek
Wat zit er toch in het kraanwater in Denemarken, dat zo veel vrouwen er een fantastisch smaakgevoel hebben? Minimalistisch met een perfect oog voor iconische designklassiekers, gemixt met een vleugje vintage. Neem modellen Helena Christensen en Caroline Brasch Nielsen, en uiteraard Pernille Teisbaek. Niemand vertegenwoordigt modern Danish cool beter dan Pernille, 38, voormalig model, moeder van vier kinderen, qua looks altijd om door een ringetje te halen, de lange blonde haren vaak in een knot, nauwelijks tot geen make-up, benen waar geen einde aan lijkt te komen. Onderdeel van een selecte groep die op de viplijst van modehuizen en designbrands staat bij zeer exclusieve events.
Het sneeuwt in Kopenhagen, maar op een marmeren bijzettafel in het huis van Pernille staat een bos verse mimosa. “Wonen in Noord-Europa betekent nu eenmaal dat er ’s winters minder lang licht is, daarom heb ik wat spring vibes in huis gehaald”, zegt ze. Dat huis van Pernille Teisbaek bevindt zich in het hart van Kopenhagen, in een kleine, rustige woonwijk. “Het fijne aan deze plek is dat het zo centraal ligt, vanaf hier ben je in vijf minuten op diverse interessante plekken in de stad. In het weekend is het hier zo stil dat je de vogels kunt horen zingen, maar als je twee minuten wandelt, sta je midden in het centrum op het grote plein, een tikkeltje surrealistisch. Ik ben zelf dicht bij zee opgegroeid, maar hier ervaar ik eenzelfde sereen gevoel: rust, geen auto’s in de straat, een dicht-bij-de-natuur-gevoel.”
Het is negen uur ’s ochtends en Pernille hangt aan de telefoon vanuit Kopenhagen. Ze is al vier uur wakker vanwege de kleine, maar hé, dat is geen probleem. Vanaf haar 21e werkte ze enkele jaren als moderedacteur voor diverse Deense tijdschriften, ook schreef ze een boek met tips voor het samenstellen van een minimalistische Scandi-coole garderobe. Als designdirector werkte ze voor Gia Borghini, een Italiaans schoenenmerk, en voor Rains, het minimalistische kledingmerk met functionele waterdichte kleding waarvan haar man Philip Lotko mede-eigenaar is en dat een cultfollowing heeft, en Virgil van Dijk wist te strikken voor een campagne.
Naast samenwerkingen met Tiffany & Co. en Net-à-Porter, is ze een veelgevraagd creative consultant voor diverse merken. “Tijdens de pandemie besloten Philip en ik dat we graag nieuwe paden wilden onderzoeken. Maar met de verbouwing en drie kleine kinderen was onze tijd beperkt. Daarom besloten we te focussen op mínder projecten, in plaats van veel dingen half-half doen, dat voelt namelijk niet bevredigend.”
Het familiehuis dat Pernille en Philip bewonen met hun kinderen Billy, Bobby, Bruce en Bella, meet zo’n vierhonderd vierkante meter en is een les in pared-back Scandinavisch design – elegante eenvoud maar met hygge, het Deense woord voor gezelligheid. “We zouden ook in een kleiner huis kunnen leven”, zegt Pernille. “Het maakt niet zo veel uit, je past je aan aan de ruimte die je hebt, maar we waren nu eenmaal verliefd op deze woning.”
Drie jaar geleden kwam het te koop en grepen ze hun kans, net voor covid startten ze met de renovatie. Het huis bestond van origine uit twee verdiepingen, alleen de begane grond was te koop. “We waren er zo vaak langs gelopen, op weg naar een geweldige speeltuin hier om de hoek. We keken er altijd al vol bewondering naar. She’s an old lady, she just needed a little bit of a facelift. We deden een bod, en toen ontvouwde zich een droomscenario. Het oudere koppel dat op de bovenverdieping woonde zag dat wij een familie van soon-to-be drie kinderen waren, dat zagen ze niet zitten en boden ons daarom ook hun huis te koop aan. Dat hadden we nooit durven dromen, soms moeten we onszelf echt even knijpen, we zijn zo dankbaar voor deze kans.”
De grondige renovatie nam een jaar in beslag. “Een architect heeft ons geholpen met het inzicht hoe we de muren zouden kunnen plaatsen om kamers te creëren, maar daarna hebben we zelf alle beslissingen genomen. Een enorm tijdrovend project, bijna een fulltimejob, maar ook een fun proces, waarvan we veel hebben geleerd. Ook als koppel ontdek je je krachten en zwaktes. Ik was enkele maanden zwanger en had daarbij al twee kleine kinderen, het was een interesting wild ride.”
Wat is het belangrijkste dat ze ervan heeft geleerd? “Als ik mezelf kleed, zijn het de details die het interessant maken en voor ons huis geldt hetzelfde. Maar juist die details vergen veel tijd. Ik heb dus geleerd geduldig te zijn, alleen zo bereik je het beste resultaat. Ik kon niet wachten om te verhuizen, baby drie, Bruce, was al geboren, maar juist op het einde, als alle bouwwerkzaamheden achter de rug zijn, wordt je geduld op de proef gesteld, omdat het dan aankomt op de tijdrovende finesses”
De entree vormde de grootste uitdaging, omdat ze hun zinnen hadden gezet op een eyecatching organisch vormgegeven stalen trap. “Het was makkelijker geweest om ’m van hout te maken, maar het staal vormt een interessant contrast met de stucco op de muren. We vonden een lieve oude man die elders in Denemarken woont en al diverse bijzondere trappen had ontworpen. Ook voor hem was de onze een uitdaging, omdat de hal vergeleken met de hotels en musea waarvoor hij eerder werkte uiteraard maar een kleine ruimte is. De juiste gradiënt, het verloop van de treden en de vorm uitvogelen kostte veel tijd.”
“Uiteindelijk arriveerde de trap in twee delen, die in elkaar gezet te zien worden in onze hal was best emotioneel. Het resultaat is een open ruimte waar de houten plafondbalken zichtbaar zijn. We hebben houten vogels op het plafond geplaatst, wat echt een wowgevoel geeft als je binnenkomt. Het is een very bright and happy room geworden en geeft bezoekers meteen een warm welkom.”
Ode aan oma
De woonkamer heeft grote ramen met uitzicht op de tuin en heeft vanwege het lichte interieur eveneens een licht gevoel. “Alles hebben we gesloopt, de buitenmuren tot aan de kale bruine stenen, het enige wat is blijven staan zijn de twee zuilen in de woonkamer. Van buiten heeft het huis een klassieke uitstraling, dat wilden we doorvoeren in het interieur. Veel stucco voor een romantisch gevoel. Ik hou van contrasten, daarom kozen we voor een stalen keukeneiland. Daar waar contrasten samenkomen, wordt het interessant. Dat geldt ook voor moderne meubels en iconische vintage vondsten.”
Dat ene meubelstuk waar ze het meest trots op is? “Oh, ik heb er zo veel, het verschilt echt per kamer. Zo hebben we een prachtige witte vintage Eames Lounge Chair waar ik dol op ben. Mijn oma had er een in het zwart en ik zie haar erin zittend nog zo voor me. Ik wilde een herinnering aan haar creëren, alleen dan in soft white. Ik ben ook superblij met onze vier zwarte De Sede-banken, die een te gek, speels sculpturaal eiland in onze keuken creëren, de plek waar we als gezin het meest rondhangen. We verplaatsen de banken continu, ze zijn zeer geschikt om verhalen op voor te lezen of op te relaxen. Het is leuk om iets onverwachts in een vertrek te creëren, af te wijken van de traditionele manier van een ruimte inrichten.”
Designpieces
De YouTube-link met de huistour die ze in haar bio op Instagram heeft geplaatst is van een jaar geleden, zegt ze. Inmiddels is er het een en ander aan meubels verschoven. Zo is de marmeren eettafel naar de woonkamer verhuisd en de Mario Bellini-bank – “de Camaleonda in caramelkleurig leer, jarenlang van gedroomd” – weer naar een andere kamer. Pernille: “Als je er een tijdje in woont, ontdek je de feng shui van het huis. Zo merkten we dat we de meeste tijd in de keuken doorbrengen. Ik hou ervan om samen met Philip te koken, maar omdat onze kinderen nog zo klein zijn, is het belangrijk dat we ze constant in de gaten kunnen houden. Vandaar dat het een soort non-keuken is geworden, meer een hang-out voor het hele gezin.”
De stoffen ‘kwallenlamp’ Oïphorique van Atelier Oï ziet eruit als een levend organisme, werkt hypnotiserend en is een voorbeeld van een onverwacht designpiece waartoe ze zich aangetrokken voelt. “Ik heb hem recent van ons kantoor – ook wel The Secret Room genoemd, verscholen achter een schuifdeur – naar de woonkamer verhuisd, waar we sinds kort ook een werk van Tyrrell Winston aan de muur hebben. Hij maakt sculpturen van vintage basketballen, een groot contrast met onze minimalistische dining setting. Ook hebben we een werk van de Rotterdamse Sabine Marcelis aan de muur, in pastelkleuren.” De aan de Design Academy Eindhoven afgestudeerde Marcelis werkte onder meer voor Celine, Isabel Marant en Stella McCartney.
Nóg een De Sede-bank
De vloer van de gastenbadkamer is geïnspireerd op een vloer die Pernille zag in Museo Jumex in Mexico-Stad. Een spannend contrast tussen tegels in verschillende stijlen. Pernille: “Ik hou van een interieur waarin het oog blijft reizen en telkens weer iets anders opmerkt. Mijn verlangen naar onverwachte details is sterk gegroeid omdat ze een huis persoonlijker maken.” Hoe komt ze aan dat geweldige oog voor design? ‘”Geen idee, het zit niet echt in de genen. Ik kom uit een academische familie, mijn moeder is tandarts, mijn vader was advocaat, maar ik heb van jongs af aan altijd veel interesse gehad in interieur. Ik hou ervan omgeven te zijn door dingen die me inspireren en door herinneringen, die zijn onderdeel van de reis die Philip en ik al gemaakt hebben. De slaapkamer daarentegen is volledig clean en wit, er is niets dat je gedachten verstoort. Het is een plek waar de geest kan relaxen, je slaapt er heel goed door.” Ook hier staat een De Sede-bank. Dit keer een witte.
Op haar veertiende werd ze ontdekt als model. “Sinds die tijd heb ik zo veel gereisd, tot ik Philip ontmoette en sinds de kinderen zijn geboren is dat afgenomen. Ik vind het heerlijk om tijd met mijn gezin door te brengen, vind het te gek om moeder te zijn. Het klinkt uiteraard cliché, maar thuis is waar mijn hart is. Daar waar ik de meeste goede ideeën krijg en me veilig en het meest op mijn gemak voel.”
Zij en Philip ontmoetten elkaar op een muziekfestival, een huwelijksaanzoek in Tulum, Mexico, volgde kort daarop, zes jaar geleden trouwden ze op een Deens eiland, de foto’s van de stylish wedding zijn breed uitgemeten op vele websites. Veel wil Pernille niet kwijt over de ontmoeting met haar grote liefde, alleen: “When you know, you know“.
Inmiddels zijn er dus vier kinderen. “Ze hebben allemaal een different spirit. Als ik Bella verschoon ben ik vaak nog steeds verrast dat ze echt een meisje is. Ik ben een moeder van jongens, een voetbalmoeder, dat zit zo in mijn routine. Een dochter is nog steeds onwerkelijk, maar ik ben er zo dankbaar voor. Ook voor Philip. Ik was erg close met mijn vader, een vader-dochterrelatie is iets speciaals, een andere band. Such a blessing dat Philip dat nu ook kan gaan ervaren. Ik wist voor de bevalling dat het een meisje zou worden, maar ik dacht: ik geloof er niets van, eerst zelf zien! De jongens zijn zo lief voor hun zusje, ze ervaren haar waarschijnlijk niet als concurrent, zoals hun broers. Ik grijp mijn kans en kleed Bella veel in roze, over een jaar is ze waarschijnlijk one of the boys en wil ze alleen nog maar de superheldkleding van haar broers aan. But for now: I’m enjoying the pink bubble for as long as it lasts.”
Zou ze ooit overwegen elders te gaan wonen? Een geheimzinnige lach: “Philip en ik hebben er diverse malen over gesproken en het ligt zeker in de lijn der mogelijkheden. Maar als we verhuizen moet het ook een te gekke ervaring voor de kinderen zijn. Mijn drukke leven met het moederschap combineren is niet makkelijk, maar dat is het voor niemand. Ik vind het nu lastiger om op reis te gaan, zeker nu de kinderen groter worden, want nu kunnen ze hun gevoelens erover uiten. Dat gezegd hebbende: ik ben de afgelopen jaren best veel thuis geweest en het begint weer te kriebelen. Al is het maar af en toe een tripje van twee dagen, dat levert zo veel inspiratie op en maakt me een gelukkiger mens.”
Welke belangrijke lessen wil ze haar kinderen meegeven? “Dat is een grote vraag, veel dingen uiteraard, maar bescheidenheid is er een van. En ik vind het belangrijk dat ze snappen dat niets zomaar komt aanwaaien. Werkethos vind ik een groot woord, maar ik wil dat ze begrijpen dat ze zelf de handen uit de mouwen dienen te steken en ik hoop dat ze een beroep kiezen waarvan ze gelukkig worden. Zelf ben ik mijn vader al op jonge leeftijd verloren, je weet nooit hoe het leven loopt. Het hoeft niet iets te zijn wat je fame of veel geld oplevert, maar iets waardoor je elke dag gelukkig wakker wordt, dat is zo belangrijk.”
Of het hebben van 1,4 miljoen volgers een enorme druk geeft? “Tja, dat gebeurde natuurlijk niet in één nacht. Net als bij een zwangerschap groei je erin, het begint bij een graankorrel en eindigt in een watermeloen. Ik ben erg nuchter en denk niet te veel aan al die volgers, het maakt me ook niet uit als mensen me zonder make-up zien, met nauwelijks gekamde haren. I walk around in my hood just the way I am. Maar als al die 1,4 mensen voor mijn huis zouden staan, zou dat uiteraard doodeng zijn.”
Wat de nabije toekomst gaat brengen? Who knows. “Laat ik het zo zeggen: ik hoop dat het een interessant jaar gaat worden, met nieuwe kansen. Daarbij wil ik zo veel mogelijk tijd met familie en vrienden doorbrengen. Er waren jaren bij dat ik meer uit dan thuis ben geweest, niets is echter belangrijker dan familie, die staat bij mij op een voetstuk. Ook ben ik ambassadeur van het Deense kinderkankerfonds. Geweldig dat ik iets kan betekenen voor deze organisatie. Ik ben mijn vader namelijk aan kanker verloren. Met vier kinderen moet ik goed nadenken over hoe ik mijn tijd verdeel. De meest geweldige verleidingen blijven binnenkomen, maar ik wil focussen. Bella is nog zo klein en ze is mijn laatste baby. Ik wil niets overhaasten en optimaal van haar genieten.”