mode-was-altijd-al-politiek-maar-het-activisme-is-zichtbaarder-dan-ooit-358467
©Courtesy of @noorunisa

Mode is altijd een spiegel van de tijd geweest, maar soms wordt die spiegel een megafoon. We leven nu opnieuw in zo’n moment. Terwijl politieke polarisatie wereldwijd toeneemt, grijpen ontwerpers, modellen en zelfs streetstyle-gangers hun kleding aan als strijdmiddel. De catwalk is weer een plek voor protest, de straat een levend billboard voor standpunten. Wat zegt het over onze tijd dat kleding opnieuw wordt ingezet als protestmiddel? En is dat activisme oprecht, of vooral een stijlkeuze?

Politiek in de mode door de decennia

Het is een terugkeer die niet uit het niets komt: de geschiedenis leert ons dat mode altijd reageert op maatschappelijk rumoer. In de jaren zestig en zeventig kwamen jongeren massaal in opstand tegen oorlog en ongelijkheid. Mode werd hun wapen: de hippiebeweging omarmde tie-dye, bloemenkransen en wijde broeken als visuele vertaling van vrede en vrijheid. In datzelfde tijdperk gebruikte de Black Panther-beweging kleding als politiek uniform. Hun zwarte baretten, leren jassen en strakke broeken straalden kracht en eenheid uit.

black panther demonstranten outfits mode politiek
©Getty Images
Leden van Black Panther demonstreren buiten het gebouw van de strafrechtbank, 1969.

De punkexplosie van de jaren zeventig en tachtig gaf het protest een rauw randje. Vivienne Westwood zette anarchiesymbolen en provocerende slogans op T-shirts. Dit deed zij niet als marketinggimmick maar als pure maatschappijkritiek.

De jaren tachtig en negentig schreeuwden op een andere manier. Tijdens de aidscrisis werden T-shirts met slogans een krachtig wapen, gedragen door ontwerpers, beroemdheden, modellen én demonstranten. Ontwerpster Katharine Hamnett drukte statements als Choose Life en Save the World in grote blokletters op de shirts. Mode was luid, zichtbaar en onmiskenbaar politiek.

George Michael in 'Choose Life'-shirt van Katharine Hamnett, 1984
©Getty Images
George Michael in 'Choose Life'-shirt van Katharine Hamnett, 1984.

Subtieler activisme

Daarna volgde een dip: activisme werd subtieler, meer verborgen in subculturen dan op de grote catwalks. Politieke statements bestonden wel – denk aan de felle anti-bontcampagnes van PETA, de bewustzijnslinten voor aids en borstkanker en de vroege eco-fashion-initiatieven. Of aan protestgroep Pussy Riot, die met hun felgekleurde balaclava’s een herkenbaar beeld neerzetten. Maar de mode hiervan resoneerde vooral binnen activistische en alternatieve kringen. We zagen het niet terug in het mainstream straatbeeld.

Opvallend is dat het bekendste ‘politieke’ kledingstuk in deze tijd misschien wel het T-shirt met een portret van Che Guevara was. Guevara, een Argentijnse marxistische revolutionair, arts en guerrillaleider, werd wereldwijd het gezicht van antikolonialisme en socialistisch verzet. Toch droegen veel mensen het T-shirt simpelweg omdat het beeld grafisch sterk en rebels oogde. Alsof het een rock ’n roll-band-T-shirt was. Zonder diepgaande kennis van zijn rol in de Cubaanse revolutie of de controverses rond zijn persoon, werd het kledingstuk volledig losgekoppeld van de politieke context.

Escapisme

Wat we in, tegenstelling tot politieke statements mét een betekenis, dan wel zagen? Het algemene modebeeld draaide in de vroege jaren 2000, zeker na de aanslag op 11 september, meer om escapisme: logomania, glitter en een verlangen naar onbezorgd consumeren. Modehuizen en fast fashion-ketens speelden in op een honger naar zichtbare luxe. Denk aan strass-steentjes en gigantische merkmonogrammen op tassen, T-shirts en riemen.

Pas rond de jaren 2010 werd activisme weer mainstream toen modehuizen met name inspeelden op #MeToo en feminisme. Dat laatste onderwerp bracht vooral Maria Grazia Chiuri naar het grote modepodium: vanaf haar aanstelling als creative director bij Dior gaf ze de collecties van het Franse modehuis een uitgesproken feministische inslag, met als hoogtepunt de inmiddels iconische We Should All Be Feminists-shirts.

 

View this post on Instagram

 

A post shared by Dior Official (@dior)

In diezelfde periode begonnen we ook meer te verwachten van de mode-industrie als het ging om standpunten over het klimaat. Dit zorgde ervoor dat duurzaamheid een belangrijke marketingtool werd van merken. Soms gebeurde dat oprecht, soms meer als een vorm van green washing, en dus ook woke washing; het inzetten van maatschappelijke thema’s als marketinginstrument.

Van dopamine dressing naar conservative core

In 2020 bracht Black Lives Matter een ongekende politisering van mode op gang. Met catwalks, campagnes en samenwerkingen die zich expliciet uitspraken. Maar na de pandemie gleed het sentiment opnieuw af. We verlangden massaal naar plezier en kleur. En dat vertaalde zich in dopamine dressing: hoe optimistischer, hoe beter. Mode werd een feestuniform, een ontsnapping aan de chaos. We wilden naar buiten, dansen, vergeten.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Nu is de toon opnieuw anders. Wereldwijde spanningen hebben mode opnieuw verankerd in politiek, maar op een tweesporenlijn. Aan de ene kant is er de terugkeer van soberheid: donkere kleuren, hooggesloten jurken, lange rokken en ingetogen silhouetten die doen denken aan The Handmaid’s Tale. Deze ingetogenheid is niet zomaar een stijlkeuze; het sluit het aan bij een politiek klimaat waarin conservatieve waarden en strenger beleid meer zichtbaar zijn. De look, die inmiddels conservative core wordt genoemd, straalt orde en klasse uit, maar het voelt vooral streng en bijna normatief. Er is geen ruimte voor overdaad of kwetsbaarheid. Op sociale media zien we dit terug in de opkomst van de trad wife: vrouwen die bewust kiezen voor een traditioneel vrouwbeeld, compleet met midi-jurken, schorten en brave kapsels.

Kleding als protestmiddel

Aan de andere kant barst het juist van de expliciete statements. Zo leggen streetstyle-fotografen massaal bezoekers van modeweken vast met keffiyehs, een traditioneel Palestijns sjaalpatroon dat symbool staat voor solidariteit met Palestina. Waar de keffiyeh ooit vooral werd gedragen als praktische hoofdbedekking of schouderdoek, zien we hem nu in talloze nieuwe vormen terug: als rok, jurk, handtas of verwerkt in couture. Dit zagen we vorig jaar al bij Bella Hadid, die vorig jaar in Cannes een rode jurk met het iconische patroon droeg. Maar ook tijdens de recente Copenhagen Fashion Week werden de kenmerkende ruit en olijftakmotieven veel gespot. Het is daarmee een schoolvoorbeeld van hoe de modewereld een functioneel erfgoedstuk kan transformeren tot een mode-item, zonder dat de oorspronkelijke betekenis verloren gaat.

Streetstyle met keffiyehs tijdens Copenhagen Fashion Week 2025
©Courtesy of @noorunisa
Streetstyle met keffiyehs tijdens Copenhagen Fashion Week, 2025.

Protect the Dolls

Een ander voorbeeld van zo’n mode-statement is het inmiddels cult geworden Protect the Dolls-shirt van ontwerper Conner Ives. Waar de keffiyeh voortkomt uit decennia van culturele en politieke lading, is dit T-shirt een recenter symbool dat in korte tijd dezelfde functie heeft gekregen: draagbaar activisme. Ives sloot zijn herfst/winter 2025-show in Londen af met de slogan prominent op de borst, als duidelijke steunbetuiging aan trans vrouwen, die liefkozend dolls worden genoemd. De timing was niet toevallig: in het Verenigd Koninkrijk is de wettelijke bescherming van trans vrouwen recent verder ingeperkt.

Sindsdien duikt het shirt overal op, van Pedro Pascal op de rode loper tot Troye Sivan tijdens Coachella, Addison Rae op Instagram en Tilda Swinton backstage bij Haider Ackermann. De boodschap wordt versterkt door de zichtbaarheid van deze dragers, die samen miljoenen volgers bereiken. De opbrengst van het T-shirt gaat naar de Amerikaanse organisatie Trans Lifeline. Dit bewijst dat mode niet alleen een podium kan bieden voor politieke statements, maar dat het ook concreet kan bijdragen aan verandering.

 

View this post on Instagram

 

A post shared by Conner Ives (@connerives)

Humoristische twist

Slogan T-shirts zien we überhaupt weer veel opduiken. Soms zijn ze serieus, maar vaker gedragen met een knipoog. Zo zijn er ook veel parodieën op bestaande merch. Vooral de herkenbare rode MAGA-petten en -shirts (Make America Great Again) krijgen regelmatig een humoristische of activistische twist als kritiek op het beleid van Trump. Dit werkt, omdat het mensen in eerste instantie triggert: het oogt als het bekende, beladen kledingstuk, maar bij een tweede blik blijkt het een totaal andere (en vaak tegengestelde) boodschap te dragen. Dit korte moment van verwarring geeft het kledingstuk een extra shockfactor.

slogan t-shirt make great love again Copenhagen fashion week
©Launchmetrics/Spotlight
Gespot tijdens Copenhagen Fashion Week, 2025.

Runway als protestpodium

Maar het zijn niet alleen de statements op kledingstukken die spreken. Ook modeshows zelf kunnen fungeren als politiek gebaar. Dat bewees ontwerper Willy Chavarria tijdens de recente mannenmodeweek in Parijs. Zijn modellen verschenen knielend en strak opeengepakt op de catwalk, gekleed in oversized witte T-shirts en lange shorts: een indringend beeld dat direct deed denken aan beruchte gevangenisopstellingen. Het was een visuele aanklacht tegen dehumanisering van migranten en het harde detentiebeleid in de Verenigde Staten. Zoals Chavarria zelf verwoordde: “Mijn team en ik benaderen elke collectie vanuit het idee dat we reageren op het politieke klimaat. Als we verhalen kunnen vertellen die mensen écht raken via onze kunst, dan heeft dat impact.”

Modellen knielen tijdens de show van Willy Chavarria, Paris Fashion Week, 2025.
©Getty Images
Modellen knielen tijdens de show van Willy Chavarria, Paris Fashion Week, 2025.

En nog recenter nam een model het heft in eigen handen tijdens Copenhagen Fashion Week. Tijdens de lente/zomer 2026-show van het Finse merk Marimekko haalde model en muzikant Jura een Palestijnse vlag uit haar zak, die ze voor zich hield terwijl ze in een bloemenjurk over de catwalk liep. Op de vlag stond in hoofdletters ACT NOW AGAINST GENOCIDE.

Tijdens de lente/zomer 2026-show van het Finse merk Marimekko haalde model en muzikant Jura een Palestijnse vlag uit haar zak, die ze voor zich hield terwijl ze in een bloemenjurk over de catwalk liep. Op de vlag stond in hoofdletters ACT NOW AGAINST GENOCIDE.
©Launchmetrics/Spotlight
Jura toont Palestijnse vlag tijdens show van Marimekko, Copenhagen Fashion Week, 2025.

Statement of strategie

Ondertussen stellen modecritici ook de vraag hoe oprecht sommige statements zijn. In een tijd waarin viral gaan een doel op zich is, voor zowel merken als influencers, is een politiek gebaar soms ook een strategisch middel om in beeld te komen. Dat raakt aan het fenomeen woke washing, dat eerder in dit stuk al werd benoemd.

Toch blijft de kracht van zo’n statement overeind: het zet gesprekken in gang en maakt onderwerpen zichtbaar die anders misschien geen podium krijgen. Bovendien kan het ook andersom gezien worden: dat juist viral gaan als middel wordt gebruik voor het aankaarten van een belangrijke maatschappelijke kwestie. Met het enorme online bereik van vandaag de dag verspreiden beelden zich namelijk razendsnel. Waarom zou je daar geen gebruik van maken?

En zo is politiek in mode zichtbaarder dan ooit: op de runway, op onze feed, maar ook om ons heen. Het is een ontwikkeling die, zodra we er met afstand op terugkijken, opnieuw een bepalend hoofdstuk in de modegeschiedenis zal vormen. En wij maken dat nu front row mee.

Rotate brengt 'Love Is Not A Crime'-shirt uit, waarvan alle opbrengsten naar LGBTQI+-initiatieven gaan, 2025.
©Rotate
Rotate brengt 'Love Is Not A Crime'-shirt uit, waarvan alle opbrengsten naar LGBTQI+-initiatieven gaan, 2025.