Uit onderzoek blijkt dat één miljard mensen over de hele wereld een vitamine D-tekort hebben, voornamelijk in Europese en Aziatische gemeenschappen. Dat heeft gevolgen voor onze gezondheid. Maar hoe herken je een vitamine D-tekort? En wat kun je eraan doen? Wij leggen het uit.
Vitamine D-tekort: zo herken je het
Het is bekend dat blootstelling aan de zon de gemakkelijkste manier is om de aanmaak van vitamine D in het lichaam te stimuleren. Dat is tegelijk een van de redenen waarom we in de donkere wintermaanden kwetsbaarder zijn voor een tekort. “Daarom adviseert de Britste National Health Service om vanaf de herfst en gedurende de wintermaanden vitamine D3 aan te vullen”, legt Rhian Stephenson, voedingsdeskundige, natuurgeneeskundige en oprichter van voedings- en supplementenplatform Artah, uit.
Naast weinig zonlicht, iets dat helaas niet zeldzaam is in Nederland, zijn er andere manieren om vitamine D binnen te krijgen. “De meeste voedingsmiddelen bevatten weinig vitamine D, maar de voedingsmiddelen die het wél hebben zijn zalm, zwaardvis, tonijn, sardientjes, runderlever, levertraan en eierdooiers”, stelt Stephenson. Ze benadrukt dat het eten van dergelijke voedingsmiddelen niet voldoende hoeveelheden oplevert, maar wel helpt. Zij waarschuwt dat vooral veganisten een groot risico lopen op een vitamine D-tekort.
Stephenson zegt dat de aanbevelingen voor supplementen, die essentieel zijn om tekorten te voorkomen, per land verschillen. “In de VS en Canada is de aanbevolen hoeveelheid 600 IU (internationale eenheden) per dag voor volwassenen en 800 per dag voor personen boven de 70, terwijl in het Verenigd Koninkrijk 400 is”, zegt ze. 400-600 IU staat ongeveer gelijk aan 10-15 microgram vitamine D. “Het absolute minimum is 400 IU – in mijn ervaring is dit te laag om een onvoldoende of deficiënte status te corrigeren”, stelt Stephenson.