Vogue’s Ranyechi gaat het helemaal anders doen. In plaats van elke dag laat naar bed en vroeg op, besluit de redacteur te gaan slapen om negen uur ’s avonds om haar slaapritme te verbeteren. Dit is wat er gebeurde.
Slapen om negen uur ’s avonds
“Sleep is for the weak”, mompelde ik vaak tegen mezelf terwijl ik om 5.00 uur mijn vermoeide lijf uit bed sleepte. Ik wist dat als ik mezelf weer even liet wegzakken, ik het risico liep mijn wekker volledig te missen en vier uur later in paniek wakker te worden.
Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief
Vroeg opstaan is voor mij nooit het probleem geweest. Genoeg slapen daarentegen? Zo goed als onmogelijk. Ondanks de zorgvuldig uitgedachte slaapschema’s die mijn lieve moeder vroeger voor me maakte, bleef er niets hangen. Ik vond altijd wel een nachtlampje en las tot diep in de nacht. Een gewoonte die in mijn tienerjaren uitmondde in een Wattpad-verslaving. Over de rommelige slaaproutine die ik tijdens mijn studententijd had, zullen we het maar helemaal niet hebben. Zolang het werk af was, vond ik dat de rest niet uitmaakte.
Nu ik ouder ben en mijn frontale hersenkwab volledig is uitgerijpt, realiseer ik me dat dit nachtbrakerspatroon iets is wat ik moet aanpakken, en snel ook. Kort na mijn 25e daagde ik mezelf daarom uit: ik zou een week lang elke dag om negen uur ’s avonds slapen om te kijken of ik een gezonde biologische klok kon ontwikkelen die vóór me werkte in plaats van tegen me en daarmee mijn slaapritme te verbeteren. Ondertussen hield ik mijn wellness-statistieken bij, zoals slaapkwaliteit en dagelijkse readiness, met een Oura-ring.
Dag één tot en met drie
Mijn experiment begon op een donderdag. Ik werkte mijn nine to five af en ging daarna naar een gezellig werkdiner, waarna ik verstandig genoeg direct naar huis ging. Mijn avondroutine is simpel en consequent: eerst verwijder ik al mijn make-up met een cleanser, daarna gebruik ik een tweede reiniger, en tot slot breng ik een hydraterende crème aan. Tegen de tijd dat ik klaar was, was het bijna negen uur, en dus kroop ik keurig in bed.
Mijn hoofd had de boodschap begrepen, maar mijn lichaam duidelijk niet. Na veel woelen, draaien, overeind zitten en zachtjes meehummen met Role Model, viel ik uiteindelijk in slaap. De volgende ochtend vertelde mijn Oura-ring me dat ik pas om 23.37 uur daadwerkelijk in slaap was gevallen, ruim tweeënhalf uur nadat ik in bed was gekropen. Gelukkig was mijn slaapscore een indrukwekkende 96 procent, wat betekende dat mijn slaap, eenmaal begonnen, heel rustgevend was. Plus: ik sliep zeven uur. A win is a win.
Slaapritme verbeteren
De tweede dag volgde ik min of meer hetzelfde patroon, maar dan nét iets minder succesvol. Het was middernacht toen ik eindelijk in slaap viel, en mijn slaapefficiëntie zakte naar 91 procent. Het was duidelijk dat mijn chaotische biologische klok niet van plan was zomaar mee te werken.
Op dag drie voegde ik diepe ademhalingsoefeningen toe aan mijn avondroutine, nadat ik alle lichten had uitgedaan en mijn telefoon aan de kant had gelegd. Volgens Stanford University kunnen langzame, gecontroleerde ademhalingsoefeningen een kalmerend effect hebben en angst verminderen, waardoor je geest wordt voorbereid om uit te schakelen. En het werkte als een tierelier: ik viel een stuk eerder in slaap en mijn slaapefficiëntie klom weer omhoog naar 94 procent.